Wat de klerenkast van ‘Rutte IV’ verklapt over dit kabinet

Wat zegt al dat blauw op het bordes?


En daar stond dan eindelijk een nieuw kabinet op het bordes van paleis Noordeinde… Na bijna een jaar gesteggel achter vergadertafels en gehakketak tussen partijleiders is er eindelijk een kabinet Rutte IV. Opgesteld op het bordes keurig met anderhalve meter afstand tussen de poppetjes. En met opvallend meer blauwe outfits dan voorgaande aantredende kabinetten ooit uit de kast hebben getrokken. Donkerblauw wel te verstaan. De kleur die het gevoel van veiligheid en zekerheid uitstraalt.

Een welbewust offensief

‘Meer blauw op straat’: het was de leus waarmee politici in de negentiger jaren van de vorige eeuw aankondigden dat er meer agenten in het straatbeeld zouden verschijnen. De zichtbaarheid van die blauwe uniformen: dat moest burgers weer wat meer vertrouwen geven in hun veiligheid. Een visueel signaal dat er nu echt ernst gemaakt zou worden met een krachtiger bestrijding van diefstal, woninginbraken en van geweldscriminaliteit.

Dertig jaar later is in de volgende eeuw donkerblauw nog steeds de kleur van ‘de arm der wet’. Maar inmiddels  ook van politici die  in het coronatijdperk –  hoe dan ook! – autoriteit en kennis willen uitstralen. Een welbewust offensief. Want dit kabinet moet wél het vertrouwen krijgen van de burgers. En van de parlementsleden. Of dat lukt met ongeveer de helft bewindslieden die nauwelijks weten wat hun vakgebied inhoudt? De dossiers waarvoor ze vanaf gisteren ministeriele verantwoordelijkheid dragen…

Blauw: kleur van vrede, creativiteit en autoriteit

Blauw staat algemeen bekend als een rustgevende kleur. Hoe lichter van toon, hoe creatiever, en vredelievender. Hoe donkerder hoe meer het gaat om de feitelijke juistheid van gegevens, getallen. Nauwgezet werken aan een vastomlijnd doel. Het vertrouwen op kennis en autoriteit. Dat is de boodschap die dit kabinet van de daken lijkt te schreeuwen: “Beste burger, vertrouw ons alsjeblieft! Wij weten wat we gaan doen. Wij hebben de cijfers op orde. Wij scheppen een nieuwe bestuurscultuur.”

Er waren ook enkele ondergeschikte ‘boodschappen’ aanwezig: de ‘witte vlag’ van Christianne van der Wal-Zeggelink, minister voor Stikstof en Natuur. Het lichtblauwe ‘vredes’-jasje van Micky Adriaansen, Minister van Economische Zaken en Klimaat. Maar Karien van Gennip, Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid stak  een heus statement af tegen die overmacht van donkerblauw. Een statement met de taal van haar felroze jurk: “Beste mensen, ik, powervrouw, ik zal ervoor zorgen dat we dit sociale varkentje eens fijn gaan wassen.”

Blauwbekken

Diezelfde avond stonden in Groningen echter lange rijen mensen te blauwbekken voor hun gemeentehuis om de beloofde 10.000 euro subsidie per huishouden op te kunnen strijken. Mensen met ernstige aardbevingsschade aan hun huizen, mensen die hun werk kwijtraakten door de coronacrisis, mensen die rond moeten komen van een (corona)uitkering, sommigen psychisch ziek zelfs.

Helaas bleek om 00.00 uur de pot van 300 miljoen euro leeg te zijn. Ruim 25.000 mensen beseften van het ene moment op het andere moment dat ze hun vingers niet langer meer blauw hoefden te tellen. Zij hebben die nacht een blauwtje opgelopen. Een  blauwtje dat schril afsteekt tegen al dat blauw op het bordes. De regering belooft dat het goedkomt… Maar of ‘meer blauw op het bordes’ de schreefgroei in dit land helpt oplossen?

Voorlopig ziet een groeiend aantal burgers blauw van ergenis over wat in al die jaren nog nooit is opgelost door de vorige kabinetten-Rutte.

Deel dit bericht